De Wet Geluidhinder (Wgh) bepaalt dat rond industrieterreinen waar de vestiging van ‘grote lawaaimakers’ is toegestaan een geluidzone moet worden opgenomen in het bestemmingsplan. Buiten deze geluidzone mag de totale geluidbelasting, veroorzaakt door alle op het industrieterrein gelegen bedrijven samen, de wettelijke grenswaarde niet overschrijden.
Hiermee wordt een ruimtelijke scheiding tussen industriële activiteiten en geluidgevoelige objecten gecreëerd. De toelating van nieuwe geluidgevoelige objecten binnen de zone is slechts onder voorwaarden mogelijk. Het bevoegd gezag (gemeenten, provincie) heeft de plicht om de geluidproductie van deze industrieterreinen door middel van een boekhouding te bewaken (zonebeheer).
De Regionale Uitvoeringsdienst Zuid-Limburg (RUD) voert de opgedragen (milieu)taken, onder andere zonebeheer, uit voor de provincie Limburg en achttien Zuid-Limburgse gemeenten. Daarnaast adviseert de RUD actief bij het oplossen van knelpunten en wordt beleid gemaakt om knelpunten in de toekomst te voorkomen. Voorbeelden zijn geluidreductieplannen (bij overschrijdingssituaties) en zonebeheerplannen (akoestisch optimale invulling) die in samenspraak met gemeente/provincie en bedrijven worden opgesteld. De adviseurs van Kragten ondersteunen de RUD bij de invulling en uitvoering van deze taken.
Naast het bijhouden van de diverse zoneboekhoudingen in het kader van vergunningsprocedures worden een aantal specifieke projecten uitgevoerd. Momenteel wordt gewerkt aan de uitvoering van de geluidreductieplannen voor de industrieterreinen Holtum-Noord (Sittard-Geleen) en Beatrixhaven (Maastricht), loopt een onderzoek om de industrieterreinen Limmel en Mosa Meerssenerweg (Maastricht) samen te voegen tot één industrieterrein en speelt de actualisatie van de zonebeheer-systematiek voor industrieterrein Chemelot in het kader van de Omgevingswet (provincie Limburg).
Deze trajecten vergen een grote betrokkenheid en inzet van alle partijen. De adviseurs van Kragten zorgen voor inhoudelijke input en kennis om deze trajecten vlot te laten verlopen en tot een goed einde te brengen.